Aandacht
Aandacht wilde hij vanochtend, terwijl moeders boodschappen was gaan doen. Aandacht, heel veel aandacht. Het was nog vroeg ook. Hij kwam op m’n bed zitten, wiebelde tot hij in een comfortabele positie verkeerde en groette me luidkeels. “Goeiemorgen!” riep het broertje. Mijn ogen schrokken open, en vielen meteen weer dicht toen het felle zonlicht door mijn pupillen drong. Dat weerhield Rob er niet van een gesprek met mij aan te knopen. “Ben je al wakker? Want ik ben héél ver met mijn Donkey Kong en dat mag je niet missen!” Ugh. Als hij niet op mijn benen had gezeten, had ik hem geschopt. Maar dat zat hij wel, en verhinderde op deze manier het bloed op een normale wijze naar mijn toch al slecht doorbloede tenen te laten stromen. Ik voelde ze tintelen.
“Rob…” bracht ik met moeite uit, nog vastbesloten mijn ogen dicht te houden. “Ja?” vroeg hij opgewekt.
“Wil je misschien ergens anders gaan zitten?”
“Oh. Ja. Maar waarom dan?”
“Ik kan mijn tenen niet meer voelen.”
“Oh.”
Ik merkte dat hij naar de uiteinden van mijn voeten keek.
“Auuhhaauu!” de tinteling was omgegaan in een lichtelijk naar gevoel van brandende steken. Hij had erin geknepen.
“Wat is er?!”
“Dat doet zeer, ja!”
“Maar, sorry, ik dacht dat je ze niet kon voelen!”
“Dat bedoelde ik niet zo. ”
“Oh.”
“Ja. Zou je alsjeblieft ergens anders willen zitten?”
“Waarom zeg je het dan zo als je het niet zo bedoeld?” Hij verschoof zich naar mijn buik, en nog voordat mijn gezicht klaar was met pijnuitingen maken, besefte hij dat hij weer even iets anders moest gaan zitten.
“Dankje Rob.”
“Hmhm. Maar wat bedoelde je dan?”
Ik zuchtte terwijl ik me afvroeg waar hij die nieuwsgierigheid, en dus ook z’n ellenlange vragenlijst vandaan peuterde. Ik haalde weer diep adem, om die zucht te compenseren. “Waarmee?”
“Dat je je tenen niet voelt”
“Mja. Dat kan ik niet echt uitleggen. Moet je meemaken.”
“Hoe doe je dat dan?”
“Dat weet ik ook niet, sorry.”
“Oh. Jij weet ook niet veel zeg.”
Ik draaide me lichtelijk om, en probeerde tevergeefs weer in slaap te komen. Even was het stil, maar ik merkte aan het hinderlijke gewiebel van het jongetje dat het hem niet meeviel zijn mond te houden.
“Maar ben je wakker? Ik ben echt bijna klaar met Donkey Kong.”
Wat doet moeders nou toch in die supermarkt? Mijn lippen hield ik stijf op elkaar, maar gluurde door mijn oogwimpers naar het zeer wakkere jongetje op mijn bed. Hij leek enigszins bedroefd dat zijn grote zus geen interesse leek te tonen in zijn fantastische spel. Het had wel een zielig effect. Toegeven, ik kon niet anders. Ik sloeg mijn dekbed uitnodigend open, en hij slaakte een klein kreetje van blijdschap. Zijn Gameboy vloog door zijn wilde beweging haast uit zijn kleine, zweterig en vieze jongenshandje, maar Rob hield het nog net stevig genoeg vast. Hij schuifelde met zijn warme lichaam dicht tegen het mijne aan. Mijn arm sloeg ik om hem heen. Hij keek me aan, en ik wist zelfs naar hem te lachen. Hij was wel lief. Pling-ping! Twee apen rennen door een platform jungle. Ik beaamde alles wat hij zei en na verloop van tijd sluit ik toch weer mijn ogen. Hij had het niet door. Hij hoeft het ook niet te weten.
Window