1 2 teveel
De kleur van de vloer, vervaagd door het staren.
Door het lopen sta ik straks op mijn eigen blaren.
Kin omhoog, borst naar voren en ogen recht vooruit.
Kijk uit voor stenen die lossen zitten of onverwachts geluid.
Het afval op de straat laat mij realiseren waar ik sta.
Ik volg mijn schoenen en denk er ook niet over na.
Of het volgen verstandig is maar ik volg mij gevoel.
Denken zonder doen helpt soms een heleboel.
Waar gaat het om, ben je bang, loop een blokje om.
De tijd om te weten wat wat is, is mijn inspiratie bron.
De zon blijft maar door gaan met zijn bezigheid, als een sprinter.
De tijd van de zomer wordt in gewisseld voor de winter
De fiets wil ik niet pakken, ben te sloom om te trappen.
De politie doet eindelijk iets maar ik vind het niet de moeite om te klappen.
Oppakken, trappen, tegen de muur smakken en die boef pakken.
Maar niets is wat het lijkt dat blijkt als ik mijzelf wil snappen.
rude 66